Lokaal eten

Streekproducten meer zichtbaar met eigen verhaal

Hoe breng je als agrarisch ondernemer je product rechtstreeks onder de aandacht van de consument? Met die vraag als vertrekpunt namen ruim 15 agrariërs afgelopen zomer deel aan de campagne ValleiProefLokaal. 

Onder leiding van Wija Digital Marketing gingen ze aan de slag met het online zichtbaar maken van hun producten. Zo ook kalverhouder Karin van de Vliert uit Scherpenzeel: “Ieder heeft zijn eigen verhaal, maar we versterken elkaar. Dat geeft veel positieve energie.”

De deelnemende agrariërs en hun verhaal zijn te vinden op de website en social media kanalen van ValleiProefLokaal, maar het platform is geen doel op zich, zo legt Wija uit. “Het gaat erom dat deelnemers zich ervan bewust worden dat communicatie en marketing integraal onderdeel uitmaken van hun onderneming”, zegt ze. “Verkoop is een professionele tak van sport. Dat doe je er niet zomaar bij. Bovendien speel je in de eredivisie, waarin ook supermarkten actief zijn. Vaak hebben agrarisch ondernemers wel nagedacht over hun product, maar het daadwerkelijk onder de aandacht brengen is vers twee.”

Het gaat daarbij niet alleen om het product, laat de marketingexpert zien. “Het hele verhaal moet goed zijn. Hoe visualiseer je dat verhaal in het hoofd van de ontvanger?” Het valt niet mee om dat voor het voetlicht te brengen. “Het is fantastisch om te zien hoe de deelnemers daarin zijn gegroeid”, vindt Wija. “Ze moesten soms best wat overwinnen om zichzelf te kunnen en durven presenteren. Maar het heeft ze megatrots gemaakt en veel zelfvertrouwen gegeven.”

Streekwinkel

Karin van de Vliert nam afgelopen zomer deel aan de marketingcursus. Samen met haar man Bert, heeft ze een kalverhouderij met 1300 witvleeskalveren in Scherpenzeel. Dit jaar zijn ze op het bedrijf gestart met Vallei Kalf, met als doel zo lokaal mogelijk en duurzaam te werken. Door transport te beperken en een ander voerconcept te hanteren, willen de kalverhouders hun CO2 voetafdruk verkleinen. “Het is nog een proef”, legt Van de Vliert uit. Ze hebben subsidie aangevraagd voor de bouw van een nieuwe, open stal, waarin de kalveren op stro staan. De stappen die de kalverhouders nu maken, waren eerder nog niet mogelijk. “We werken nu voor een opdrachtgever die ons de ruimte geeft om een nieuw concept uit te proberen”, verklaart Van de Vliert. Daarnaast liggen de plannen klaar voor een streekwinkel die ze op hun erf willen bouwen. Die hopen ze begin 2024 te openen.

“Er is echt vraag naar zo’n winkel hier in de buurt”, zegt de kalverhoudster. “Een product met een verhaal, dat is waar consumenten enthousiast van worden”, heeft ze gemerkt aan de reacties. “Ons duurzame verhaal helpt mee bij de verkoop van ons vlees.” Het plan is om in de winkel straks een breder assortiment streekproducten aan te bieden. De marketingcursus heeft haar enorm vooruit geholpen. “Wija heeft ons leren lopen in de online marketingwereld. Vooral door het ons zelf te laten doen. Dat moet ook, want ieder heeft zijn eigen verhaal. Maar door elkaar te ‘taggen’ of ‘backlinks’ te maken, komt het allemaal samen en versterk je elkaar.”

Positief zichtbaar

De winst van de cursus is dus veel groter dan alleen de vaardigheden die Van de Vliert heeft opgedaan. “Je netwerk is ineens een stuk groter”, ervaart ze. “Je kunt je op een boerderij soms best als op een eilandje voelen. Uiteindelijk wil je lol hebben in je werk en dat ook aan anderen laten weten. We hebben in de cursus geleerd hoe we positief zichtbaar kunnen zijn. Dat is in deze tijd voor onze sector heel belangrijk. Ik vind het super dat agrariërs daar moeite voor doen, dat geeft veel positieve energie.”

De deelnemers hebben afgelopen zomer een onderlinge band opgebouwd. Elke twee weken was er een online bijeenkomst om de opdrachten te bespreken en acties af te stemmen. Daarnaast is er een appgroep waarin ze elkaar om advies kunnen vragen of tips kunnen geven. “Ik heb initiatieven ontdekt, zelfs hier in de omgeving, die ik nog helemaal niet kende”, zegt Van de Vliert. “Zo is er een geitenhoudster die geitenmelkzeep maakt. Het lijkt me heel leuk om dat straks in onze winkel te verkopen. Haar verhaal kan ik hier óók vertellen.”

Vliegwiel

De cursus heeft als een vliegwiel gewerkt en heeft veel in gang gezet. “Maar we kunnen nog heel veel leren”, kijkt de agrarisch ondernemer vooruit. “Bijvoorbeeld over adverteren, er ligt nog genoeg.” Ook Wija ziet nog veel kansen voor de toekomst. “We hebben een fantastisch begin gemaakt, maar dit is zeker niet het eind. Het zou mooi zijn als de deelnemers samen verder gaan en zich verder ontwikkelen. Denk aan acties, displays, de logistiek rond bestellingen, de vindbaarheid van je winkel en parkeren op je erf. De klant is koning en alles moet tot in de puntjes kloppen.”

De korte keten slaagt alleen als je al deze zaken echt serieus neemt, geeft Wija aan. “Laat zien dat jij de vakman of vakvrouw bent. Het verhaal moet van jou zelf komen, de klant prikt erdoorheen als dat niet zo is. Dit is écht jouw winkel, écht jouw product. Als je dat ‘nice’ en ‘likeable’ kunt overbrengen, dan ben je onverslaanbaar.”

In Regio Foodvalley werken gemeenten samen met bedrijven en kennisinstellingen aan gezond en duurzaam voedsel. Korte ketens dragen daaraan bij en bieden producenten de mogelijkheid een nieuw of versterkt verdienmodel op te bouwen. “ValleiProefLokaal laat zien wat we in de regio allemaal te bieden hebben”, zegt Carolien Huisman, programmamanager Voedsel in Regio Foodvalley. “De ondernemers en hun producten worden nu beter gevonden, met als doel de verkoop te laten groeien. De groep deelnemers leert van elkaar, maar het gaat ook echt om professionalisering. De regio heeft een goede schaal om de korte keten op deze manier te versterken.”

ValleiProefLokaal is tot stand gekomen met ondersteuning van Regio Foodvalley, de Provincie Gelderland en de Europese Unie in het kader van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling. 

Bron: Regio Foodvalley